René August Marie Joseph de Caritat de Peruzzis, geboren te Roosendaal, Nederland, op 18 maart 1886, overleden te Sint-Pieters-Woluwe op 12 februari 1953.
De familie de Caritat de Peruzzis is afkomstig uit de streek van Orange in Frankrijk. Getuige hiervan de naam van de Base Aérienne Orange-Caritat. Het vliegveld is gevestigd op de plaats van het chateau Caritat, dat trouwens nog steeds bestaat. Een tak van de familie kwam aan het begin van de jaren 1800 door huwelijk in Nederland en België terecht.
In België was de familie goed vertegenwoordigd in de gemeente Lanaken waar ze enkele burgermeesters leverde. Victor de Caritat de Peruzzis, vader van René, huwde met de dochter van een suikerfabrikant in Roosendaal, werd er directeur van de fabriek en stichtte er een gezin. De jongste zoon was dus René de Caritat de Peruzzis. Hij volgde de voetsporen van zijn vader en behaalde in 1906 een diploma aan de Suikerschool van Amsterdam en ging ook voor de suikerfabriek in Roosendaal werken. Hij huwde met Juliette Palmers uit Sint-Gillis (Brusselse). In 1916 werd Suikerfabriek De Ram verkocht aan een coöperatieve en mogelijk kwam er toen een einde aan zijn functie in de fabriek waarna de familie aan het einde van de Eerste Wereldoorlog terugkeerde naar België.
In 1930 leerde hij vliegen en behaalde Belgisch vliegbrevet nummer 178 op 6 mei 1930. Hij woonde toen in de Toxandriërsstraat in Brussel (Etterbeek). Hij bezat echter nooit een Belgisch vliegtuig: geboren te Roosendaal in Nederland bezat hij de Nederlandse nationaliteit en zo kon hij in België nooit een vliegtuig op zijn naam inschrijven. Maar ook in Nederland was hij nooit officieel eigenaar van een vliegtuig. Hij was lid van de Club d’Aviateurs de Bruxelles en nam deel aan talrijke luchtvaartmanifestaties en rallyes in binnen- en buitenland. Zo was hij op 21 maart 1937 present te Antwerpen bij de opening van de vliegschool van de Antwerp Aviation Club en in september 1938 bezocht hij met negen andere clubleden Duitsland. Telkens vloog hij DH.87 Hornet Moth OO-RDK, misschien was dat wel zijn eigen vliegtuig ingeschreven op naam van een stroman.
Hij overleed op 12 februari 1953 te Sint-Pieters-Woluwe en werd begraven op de begraafplaats van Etterbeek (op het grondgebied van Wezembeek-Oppem).
