De zwanenzang van twee luchtvaartmonumenten

234_ROBA_B24_20A_EVERE 1931_.jpg

Haren, 23 september 2007. Dankzij een Belgische vertegenwoordiger bij de NAVO werd ons een laatste blik gegund in de historische luchthaventerminals van onze eerste nationale luchthaven van Haren.

Haren midden jaren dertig. Links van de Avia-Palace en de Aérogare staan loodsen II, III, IV en V. Rechts staat de ondertussen ook al afgebroken loods VI. Voor de Aérogare ligt al een betonnen parkeerplatform. Op de open vlakte achter Aérogare staan nu gebouwen van Eurocontrol en het Directoraat-generaal Luchtvaart. (archief Jean-Louis Roba)

Om 15 uur werden de poorten geopend van het wachtlokaal van het Kwartier Koning Albert I aan de Haachtsesteenweg. We stonden al vrij vlug aan de twee terminals die dateren uit 1924 en 1929. Geen enkel land bezit nog twee dergelijke luchthavengebouwen uit de beginjaren van de commerciële burgerluchtvaart.
In januari 2003 maakte de NAVO de laureaten bekend van de architectuurwedstrijd voor het nieuwe hoofdkantoor in Brussel. De keuze viel op het gerenommeerde architectenbureau Skidmore, Owings & Merrill dat in samenwerking met de Belgische groep Assar een functioneel en eigentijds ontwerp voorstelde. Enkele zes verdiepingen hoge gebouwen zullen door een centrale hal met mekaar worden verbonden. Blijkbaar zat er niks anders op dan de oude luchtvaartrelieken met de grond gelijk te maken. Omwille van de strenge veiligheidsvoorschriften slagen hedendaagse architecten er niet in om de oude gebouwen, die absoluut geen bouwvallige indruk nalaten, te integreren in een nieuwbouw. De federale overheid had het terrein inderdaad onbelast overgedragen aan de NAVO. Emir Kir, de Brusselse staatssecretaris bevoegd voor monumentenzorg, vond een bescherming van de Avia-Palace en Aérogare overbodig. Defensie voelde de hete adem van de NAVO in de nek; niemand wou het risico nemen om de zetel van de NAVO en een nieuwbouwproject van 500 miljoen euro te verliezen. Die vrees was mijns inziens ongegrond want officials van de NAVO toonden oprechte interesse voor het historisch karakter van de site. Een sterke roep om bescherming was spijtig genoeg veel te laat op gang gekomen want de bouwheren poseerden al zelfverzekerd bij de maquettes van hun dure creaties.

De lokettenzaal van de in 1929 geopende Aérogare. In 1933 werd het gebouw uitgebreid, de moderne aanbouw werd opgetrokken in een ander soort baksteen.

Op de historische site werden we rondgeleid door Sven Soupart. Deze historicus van Defensie maakte nu een geschiedkundige studie over de gebouwen. Het is de bedoeling om het manuscript volgend jaar te publiceren.  Af en toe overstemden de krijsende kranen van de slopers de megafoon van Sven. Verschillende loodsen en gebouwen van de voormalige kazerne moesten er al aan geloven.  Onze gids vertelde hoe hier tijdens de Eerste Wereldoorlog, op de velden van witloofkwekers, een luchtschiploods werd gebouwd. Op deze plaats begon de Belgische commerciële burgerluchtvaart zich langzaam te ontplooien. Stilaan zouden de piloten uit de burgerluchtvaart een eigen plaats krijgen en vrij onafhankelijk opereren van de vooral op het grondgebied van Evere gelegen militaire luchtvaart. Hier liggen de wortels van bedrijven als SABCA , Sneta en Sabena. Veel te lang werd verondersteld dat de zogenoemde Aérogare (1929) en Avia-Palace (1924) officieel beschermde gebouwen waren. Historici werden hier voor schut gezet. Militaire eigendom betekende jammer genoeg geen garantie voor conservering. Wettelijk had het nochtans perfect mogelijk geweest om militaire eigendommen officieel te beschermen.  Deze monumenten op sacrale grond worden weldra platgelegd, er komt geen uitstel van executie. Eind 2007 zou begonnen worden met de verdere ontmanteling en de afbraak.

Guy Cassiman (links) in gesprek met Sven Soupart (midden) en Frans Van Humbeek (rechts). Guy is een kroongetuige, vermoedelijk de enige persoon tussen de ongeveer 70 bezoekers, die het toenmalige vliegveld van Haren nog heeft gekend.

Om de bittere pil te verzachten werd zowat een jaar geleden de opdracht gegeven om naast de studie van Sven Soupart ook een grondige patrimoniumstudie uit te voeren. Dokter Architect Teresa Patricio (KUL) en haar team heeft alles nauwkeurig opgemeten en gedigitaliseerd zodat er later eventueel een exacte kopie kan heropgebouwd worden. Ieder hoekje werd gefotografeerd, gedigitaliseerd en grondig bestudeerd.  Er kan zelfs een driedimensionale presentatie gemaakt worden. Heel wat aanpassingen aan de terminals, vooral van na de Tweede Wereldoorlog, werden zo zorgvuldig mogelijk verwijderd. Onder valse plafonds en dikke lagen verf kwam vooral de Aérogare even tot leven.
Onder een plafond van de in 1933 uitgebreide Aérogare vonden de onderzoekers een grote lichtkoepel. Passagiers die de modernistische terminal binnen kwamen konden baden in het licht. Op oude foto’s was die lichtinval ons inderdaad opgevallen maar we waren er verkeerdelijk van uitgegaan dat het hier kunstlicht betrof. Onder de witte verflagen van de sierlijke gangen bemerken we nu roodgranieten platen. Eiken deuren bezorgen het interieur een warm gevoel. Op verschillende plaatsen werden de originele kleuren van het interieur teruggevonden.

Onder de verflagen legden de onderzoekers de originele kleuren bloot van de lokettenzaal.

Natuurlijk is de zaal met de balies een van de pronkstukken van de Aérogare. Ze zou veel gelijkenis vertonen met deze van het treinstation van Schaarbeek. We staan hier op rood- en groen granieten vloer waar een zeer gegoede klasse zich liet registreren voor ze een Handley-Page, Fokker of Savoia-Marchetti namen richting Tempelhof of Croydon. Deze lokettenzaal met metalen pijlers zal afgebroken en gestockeerd worden in afwachting van een definitieve locatie. Delen van de luchthaventerminals worden ook aan het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK)  geschonken. Enkele stukken van het interieur die ik enkele maanden geleden nog kon bewonderen zijn nu spoorloos. Mag ik hopen dat de art déco verlichting van de zuilen in de Aérogare of het prachtige RAF-embleem dat de traphal van de Avia-Palace sierde al een waardige plaats gekregen hebben in een luchtvaartmuseum ?

In Haren ademden we nog heel even een stukje Belgische luchtvaartgeschiedenis in. Alle goede bedoelingen ten spijt zal ik me nooit kunnen verzoenen met een replica van dit luchtvaartpatrimonium. Hier in Haren verpatste België zijn luchtvaartverleden.

Frans Van Humbeek
Foto’s: Paul Van Caesbroeck

Frans Van Humbeek

Frans Van Humbeek

is hoofdredacteur van Hangar Flying. Hij is freelance luchtvaartjournalist en auteur van verschillende luchtvaartboeken. Frans probeert zowat alle facetten van de Belgische luchtvaart op te volgen, maar zijn passie gaat vooral uit naar het luchtvaarterfgoed en de geschiedenis van de Belgische vliegvelden. Binnen het redactieteam van Hangar Flying zorgt hij ook voor de updates van www.aviationheritage.eu.

Deze website maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren. Door verder te surfen, stemt u in met ons Privacy & Cookie beleid. Accepteren Lees meer

'Deze Accepteren Lees meer