Gedenkteken voor het 394th Regiment I&R Platoon, 99th ID en voor het 508th Parachute IR, 82nd Airborne

In Lanzerath, een kleine deelgemeente van Bullingen, staat een dubbel gedenkteken dat aan de ene kant herinnert aan het begin van de ‘The Battle of the Bulge’ en aan de andere kant aan de periode in januari 1945 toen de Duitse aanvallers teruggedreven werden naar hun uitgangsposities.

In de grensregio van de Oostkantons viel de frontlijn min of meer samen met de Belgische-Duitse grens. Lanzerath telde toen 23 woningen en een kerk en lag in de Amerikaanse sector. Amerikaanse eenheden hadden er posities ingenomen. Het Intelligence & Reconnaissance – I&R Platoon van het 394th Regiment, 99th Infantry Division, telde slechts 18 man onder leiding van Lieutenant Lyle Bouck; ze waren goed opgeleid om verkennings- en observatieopdrachten uit te voeren maar waren niet bedoeld noch opgeleid om het gevecht aan te gaan. Ze moesten een rechtstreekse confrontatie met de vijand uit de weg te gaan. Dit zou toch even anders uitdraaien. Verder waren er 55 manschappen van 820th Tank Destroyer Battalion en 22 man van een Recce Platoon van datzelfde 820th. Het 394th I&R groef zich in op een helling boven Lanzerath.

Op 16 december 1944 hoorden ze het geratel van de tanks. Deze werden voorafgegaan door infanterie van het 9e Fallschirmjäger Regiment die de weg vrij moesten maken voor de tanks van Kampfgruppe Peiper. Deze Fallschirmjäger waren niet langer de elitetroepen van het begin van de oorlog maar een bont allegaartje van tieners en oudere mannen, voorheen ongeschikt voor dienst verklaard, en manschappen die elders geen nuttige bezigheid meer hadden.

Het eerste artillerievuur richtte wel wat schade aan maar het I&R Platoon zat goed beschermd. De eenheden van het 820th TD werden naar het iets noordelijkere Buchholz Station gestuurd en plots zat Lt Bouck daar alleen met zijn 18 manschappen.  Hij kreeg orders om ter plaatse te blijven en stand te houden. Enkele honderden Duitse parachutisten doken op in de ochtendmist. De eerste schermutselingen met enkele I&R manschappen in het dorp volgden. In het dorp waren nog vier Amerikanen van een forward observation team van een artillerie-eenheid die de posities van het I&R Platoon vervoegden. Uiteindelijk ontdekten de Fallschirmjäger hun posities en zetten de aanval in maar het I&R Platoon zat goed beschermd en ze konden in de loop van de dag drie aanvalsgolven afslaan.

Tegen valavond zaten de Amerikanen bijna door hun munitie en een sluipschutter had hun radio’s vernield zodat ze geen contact meer hadden met hun HQ. Op versterking of artilleriesteun moesten ze niet rekenen. Op het moment dat ze zich wilden terugtrekken werden ze overrompeld door de aanvallers. De Amerikanen gaven zich over: van de 18 manschappen van het I&R Platoon waren er 14 gewond, van de vier van het 371st Artillery Forward Observers sneuvelde er een. Langs Duitse zijde vielen er 16 doden, 63 gewonden en 13 vermisten.

Lt Bouck en zijn kleine strijdmacht hadden de tanks van Kampfgruppe Peiper behoorlijk wat vertraging bezorgd. Zijn I&R Platoon verbleef de rest van de oorlog in krijgsgevangenkampen. Pas in 1981 kregen ze de erkenning die ze verdienden met een Presidential Unit Citation en individuele onderscheidingen voor alle 18 leden van het Platoon. Ook de vier leden van het 371st Artillery kregen onderscheidingen.

In 2004 publiceerde historicus Alex Kershaw het boek ‘The Longest Winter: The Battle of the Bulge and the Epic Story of World War II’s Most Decorated Platoon’ dat in detail het verhaal bracht van het 394th I&R Platoon.

Een gedenkplaat voor het 394th I&R werd in Lanzerath onthuld op 12 mei 2005.

Op zaterdag 31 januari 2015 werd aan dit gedenkteken een tweede plaat toegevoegd voor het 508th Parachute Infantry Regiment van de 82nd Airborne Division. Deze gedenkplaat staat op de achterzijde van de steen waarop de eerste gedenkplaat is bevestigd. Het 508th Parachute Infantry Regiment was de eenheid die Lanzerath voor de tweede keer bevrijde; de inhuldiging had plaats exact 70 jaar na de bevrijding. Tegelijk werden twee gesneuvelden van het 508th PIR herdacht die omkwamen bij de gevechten in Lanzerath of de directe omgeving.

Captain William H. Nation kwam om het leven op 31 januari 1945 toen hij geraakt werd door granaatscherven terwijl hij met een jeep op weg was naar een vooruitgeschoven post. Hij is begraven op de Amerikaanse begraafplaats van Henri Chapelle.

Private Glenn H. Ward kwam om het leven op 30 januari 1945 toen zijn eenheid de dorpen Medendorf en Lanzerath aanviel. Hij is begraven op Fort Snelling National Cemetery in Minneapolis, Minnesota.

De ceremonie werd bijgewoond door familieleden van de twee gesneuvelden: Judy Durkke, de dochter van Glenn Ward, haar echtgenoot Bernie, hun zoon Russ en zijn echtgenote Bin; en Bill en Philip Nation, neven van William Nation. De familie Ward was het jaar voordien, op 28 februari, al eens op bezoek geweest in Lanzerath om hun gesneuvelde familielid te herdenken.

Beelden: © Luc Wittemans 16/05/2021
Datum gebeurtenis:
31/01/1945
Datum inhuldiging:
31/01/2015
Datum registratie:
06/06/2021
Locatie:
Gedenkteken voor het 394th Regiment I&R Platoon, 99th ID en voor het 508th Parachute IR, 82nd Airborne
Adres:
Lanzerath, Büllingen. Zoals in wel meer kleine dorpen in de Ardennen hebben bijna alle straten dezelfde naam (Lanzerath als straatnaam in dit geval). Sla van de N626 (ter plaatse Hasevenn genaamd) de straat aan het kerkje in en rij door tot op de T. Sla rechts af en volg deze weg over ongeveer 450 meter waar het gedenkteken aan de rechterkant staat
Lengtegraad:
6°19’52.6″E
Breedtegraad:
50°21’37.6″N

FEEDBACK

Ce site utilise des cookies pour optimiser votre expérience utilisateur. En continuant à surfer sur Internet, vous acceptez notre politique de confidentialité et d’utilisation de cookies. Accepter Lire Plus

'Ce Accepter Lire Plus